Bij het proeven van wijn is het voor veel mensen moeilijk om te omschrijven wat ze precies proeven. Onderstaand overzicht kan een beginnende wijnliefhebber helpen om zijn smaak te benoemen en de verschillende accenten te benoemen. Als men tot een bondige eindconclusie komt, kan men zo ook bepalen bij welke gerechten een wijn al dan niet goed past.

Levensloop van wijn

Bij het bepalen van de levensloop van de wijn, wordt een onderscheid gemaakt tussen Primaire, Secundaire en Tertiaire aroma’s.

Primaire aroma’s

Dit zijn de aroma’s die verwijzen naar de wijngaard. Deze omvatten het speelse aroma die je buiten op de wijngaard kan waarnemen en die afkomstig zijn van de plant, de druiven, de grond en/of de frisse lucht.

Secundaire aroma’s

Deze aroma’s ontstaan tijdens de omzetting van druivenmost naar wijn. Ze doen je spontaan denken aan het vinificatieproces, of de geuren in de gistingskelder.

Tertiaire aroma’s

De leeftijd van de wijn maakt dat deze aroma’s zich ontwikkelen in de wijn. Hier proeft men vooral het verouderingsproces. Men kan duidelijk een herfstfase waarnemen met gelijkaardige aroma’s.

Wanneer en hoe aroma’s ontdekken

Als de wijn pas ingeschonken is, krijg je een eerste geurimpressie. Dan kun je de wijn zachtjes walsen om meer aroma’s vrij te maken. Bij hevig walsen komen nog meer indrukken vrij. De onderliggende, meer complexe, aroma’s komen hierdoor aan het oppervlak.

De verschillende aroma’s waarnemen en beoordelen

Zuiverheid

Is een wijn zuiver of onzuiver? Is deze niet té oud geworden, zodat ze eigenlijk ingeboet heeft aan kwaliteit? Of kun je een duidelijke kurksmaak waarnemen?

Intensiteit

Men bepaalt hier of een wijn licht intens, intens of zeer intens is. Zo heb je al een indicatie van de verdere complexiteit van de wijn.

Aromabeschrijving

Het is belangrijk om de aroma’s goed te omschrijven voor het walsen, na het walsen en tijdens het proeven. Vaak komen verschillende aroma’s vrij tijdens deze verschillende onderdelen van het proeven. Bij het proeven maakt men ook een onderscheid tussen de retro-nasale waarnemingen (via de neus tijdens het proeven), en de feitelijke smaakbeleving in de mond (via de tong, gehemelte en tandvlees).

Aromagroepen

Aan de hand van onderstaande aromagroepen kan men wijn bespreken, en smaken omschrijven. Aan de hand van een eindconclusie kan men dan beoordelen bij welke gerechten een wijn past in perfecte harmonie.

Fruitig

Vers Fruit: wit, rood of zwart fruit – citrus of exotisch fruit – pitfruit of steenfruit

Gedroogd fruit: rozijnen, pruimen, vijgen, geconfijt fruit, dadels, jammy

Floraal

Floraal: vlierbloesem, appelbloesem, kamille, lelies, kamperfoelie, viooltjes, rozen, geranium, nectar, honing

Plantaardig

Vegetaal: gras, brandnetel, mos, varens, asperges, groene poivron, olijven, buxux, hooi, thee

Verse kruiden: munt, dille, laurier, thijm, marjolein, Provencaalse kruiden, Eucalyptus, basilicum

Aards

Mineraal: vuursteen, natte keien, kiezel, ijzer, ziltig (>zelden)

Bosgeuren: nat hout, kreupelhout, humus, herfstbladeren, champignons, vochtige aarde

Lactisch

Lactisch: boter, room, potje vruchtenyoghurt

Gistig: gist, lie, brood, beschuit, brioche

Chemisch

Chemisch: nez pétrolé, rubberen autoband, teer, nagellak, plastiek, cement, karton

Houtig

Houtachtig: vanille (van Amerikaanse of Franse eik), eikenhout, sigarenkistje, ceder, hars

Nootachtig: walnoten, hazelnoten, amandel of kastanjenoten

Kruidig

Specerijen: zwarte of witte peper, vanille, kruidnagel, kaneel, zoethout, drop, jeneverbes, anijs, gember

Geroosterd

Gebrand/geroosterd: toast, rokerig, gerookt hout, geroosterde kastanje, tabak

Karamelachtig: karamel, chocolade, koffie (bonen), toffee, soja, melasse, honing

Dierlijk

Animaal: leder, gemarineerd wild, natte pels, hazenpels, stalgeuren

Balsem

Balsemachtig: boenwas, geboend meubilair, niveacrème


LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in