Pertanque is een een leuk balspel dat door jong of oud, man of vrouw, kerngezond of in mindere conditie gespeeld kan worden.
Geschiedenis van petanque
Het woord petanque komt van het Provencaals "petanco", wat een samenstelling is van pe (voet) en tanco (stutpaal) en dient dus opgevat te worden als "voeten die zo geplaatst zijn dat ze zo stevig staan als een stutpaal". Petanque is een typisch balspel dat in zijn vroegste vorm reeds bij de oude Grieken gespeeld werd. Daar werd het echter nog beoefend als een krachtspel. De Romeinen hebben er later een behendigheidsspel van gemaakt , ongeveer in de vorm zoals we het nu nog kennen.
Petanque kan op veel soorten terrein gespeeld worden. Meest gebruikte zijn los gestort en aangewalst grind, fijne steenslag of dolomiet. De onregelmatigheden van het terrein maken een essentieel onderdeel van het spel uit.
De officiele afmetingen van een petanquebaan zijn mimimum 4×15 meter. Als afgrenzing (afbakening) van de baan worden dikwijls spoorbielzen gebruikt, kwestie van duurzaamheid.
De petanque ballen
De competitie boules bestaan uit 2 holle schalen die aan elkaar gelast zijn en daarna worden ze gepolijst en verder afgewerkt. Deze zijn veel zuiverder van gewicht, dat gewicht is overal exact gelijk over de boule verdeeld, waardoor je niet verrast word door afwijkingen tijdens het spelen. Competitie boules zijn voorzien van het ingeslagen gewicht en een uniek goedkeuringsmerk.
Belangrijk bij keuze materiaal
Alle niet roestvrij stalen boules zijn voorzien van een anticorrosie laag, die bij normaal gebruik zal afslijten. Het is mogelijk dat na verloop van tijd roestvorming op deze boules ontstaat, wat de materiaalkeuze met zich meebrengt. Daarom is het raadzaam deze boules na gebruik met een droge, zachte doek af te nemen om vocht en zweet te verwijderen. Bewaar ze op een droge plaats.
Keuze van de boules
Het kiezen van de juiste boules hangt met een aantal zaken samen:
- de grootte van je hand,
- de rol die je wil vervullen in het team,
- "het gevoel".
De boule moet goed in je hand passen, ongeveer half erin en half erbuiten. Hij moet volledig omsloten worden door twee handen en de duim tegen de wijsvinger.
Beginners moeten zeker geen extreme maten nemen, de maten van een tussenpersoon (milieu) zijn dan het meest geschikt: 710 of 720 gram, 1 of 2 groeven, 73 of 74 mm en 125kg/mm (hardheid).
Een wedstrijdboule heeft een minimaal gewicht van 650 gram en een maximaal gewicht van 800 gram. De minimale diameter is 70,5 milimeter en de maximale 80,0 milimeter. De but (Frans voor "het doel") heeft een diameter van 30 milimeter met een tolerantie van 1 milimeter. Je kunt ze kopen bij een sportzaak.
Basisworpen
Het petanque kent twee basisworpen met name: het plaatsen of pointeren (van het Franse woord pointer is richten) en het schieten of tireren (van tirer is schieten). De speler die moet plaatsen wordt pointeur genoemd, de speler die moet schieten tireur. Het plaatsen van een boule is het werpen van een boule met als doel deze zo dicht mogelijk bij het but te laten eindigen. Het schieten is een worp waarbij een-doorgaans dichtbij het but liggende-boule wordt "weggeketst". De keuze tussen plaatsen of schieten is altijd een kwestie van tactiek.
Speel altijd onderhands, dat is heel belangrijk omdat deze speelwijze de benodigde controle en precisie geeft om de boule goed los te laten.
Type speler en tactiek
We kunnen de petanque spelers onderverdelen in 3 categorien:
- pointeur (plaatsen),
- tireur (schieten),
- milieu speler, dit is een combinatie van zowel een tireur als een pointeur.
De voorkeur van deze speler zal uitgaan naar een boule met een hardheid van 120 tot 130 kg/mm. Hierdoor zal hij/zij beter beide technieken kunnen spelen.
Spelregels en techniek
Bij petanque is het de bedoeling om de metalen ballen zo dicht mogelijk bij een klein houten balletje (de but of cochonnet) te werpen of te rollen. De afstand van de cirkel (van waaruit de spelers werpen) tot de but kan varieren van 6 tot 10 meter.
Petanque kan zowel individueel als in teamverband gespeeld worden, waarbij een team kan bestaan uit twee of drie spelers. Men noemt dit ook wel doublette en triplette. Individueel noemt men ook tete-a-tete. Als met drie spelers per team wordt gespeeld, heeft elke speler 2 ballen, terwijl elke speler bij doublette en tete-a-tete 3 ballen heeft.
Het team dat de wedstrijd mag beginnen wordt bepaald door loting. Degene die de toss wint, trekt een cirkel met een diameter van 50 centimeter en gooit het but uit op een afstand tussen 6 en 10 meter. Het team dat het but werpt, werpt ook de eerste boule en probeert deze zo dicht mogelijk bij het but te plaatsen. Daarbij moet erop gelet worden dat de voeten in de cirkel staan en zij niet van hun plaats mogen komen voordat de geworpen boule de grond heeft geraakt.
Vervolgens mag de tegenpartij proberen een boule dichter bij het but te plaatsen (pointer), de bal van het andere team te verplaatsen (tirer oftewel schieten) of het but te verplaatsen.
Het team dat het dichtste bij het but ligt, speelt pas weer als de tegenstander beter ligt of geen boules meer heeft. In het laatste geval mag dat team proberen meer punten te scoren door boules dichterbij te brengen dan de beste van de tegenstander. Voor elke boule die een speler dichter heeft geplaatst dan de tegenpartij krijgt men een punt. (maximum 6 punten bij triplette en doublette). Het spel eindigt als een team het eerste 13 punten heeft behaald. Dan is de ronde (mene) voorbij. Het team dat heeft gescoord (als eerste 13 punten heeft behaald), trekt een cirkel op de plaats waar het but lag en gooit hem opnieuw, waarna de volgende ronde (mene) volgt.
Mede doordat ik vaak op vakantie ging naar Zuid-Frankrijk heb ik veel geleerd van het balspel petanque. Mijn kennis en ervaring heb ik in het artikel weergeven. Ik heb google enkele keren geraadpleegd om als "aanvulling" te dienen.