Wandelen, juist in herfst en winter heeft een heel eigen charme. De natuur is ruwer en voelt echter aan. We stappen in de winter ook wat steviger door, om ons warm te houden zeker.

""Het station van Dinant, net-niet-bevroren mensen met rugzakken ontmoeten mekaar, gewapend met stevig schoeisel, muts en sjaal. Onze groene, van salie en keelpijn voorziene gids is ondanks alles paraat. We komen natuurlijk voor de planten en voor de natuur, maar zeker ook voor mekaar. Spijtig dat een paar goede vrienden niet aanwezig konden zijn. Maar het staat nooit stil bij de herboristenvereniging, ook nu weer een nieuwe kennismaking. 

Maashellingen

En daar gaan we dan, de Belgen, volgens Julius Caesar, de dappersten onder alle Galliërs. Rare gedachtenkronkel van mij, zo vroeg op de ochtend. Maar naarmate de dag (en dus ook dit schrijven) zich steeds meer aan elkaar rijgt, begrijp ik het wel. Maashellingen veroveren!
Rustige start, nog in het open veld en toch is dit al anders dan thuis. De ijlere zuivere lucht. De kruiden komen ons zo tegemoet, sommige nog in late bloei, klaproos, driekleurig viooltje, enz. De hellingen worden steeds vloeiender, het groen dichter, de mensen knapper in praten en bewegen.

Dan het eerste dal van verpozen. De weg versperrende boom helemaal begroeid met klimop. Een puur natuur bloemstuk voor een feestelijke tafel, hier een uitnodiging om stil te staan, eens goed rond te kijken. Steeds opnieuw de moeite waard, een feestelijke wandeling. 

Dan de ruïnes, en met onze fantasie: een kapelgevel, een vergeetput, … In elk geval een plaats met een verleden, met bloemen en planten uit het rijk van armen, edelen en heelmeester en nu, wij, de bewoners van planeet Aarde, tussen varens en wilde marjolein, tripmadam, stinkend nieskruid, ons zelf aan 't helen. Bewust gekozen om hier te zijn, te voelen, te weten, te zien … We gaan door, zien de rand van de stad aan de oever van de Maas. De sleedoornbes, ons wild likeurtje, looistofaperitiefje. 

Eén met de natuur

""Plotseling moeten we naar boven. Wandelen! Nu ja, wandelen, eerder kruipen.  Ik zie alleen maar rots, een 'recht-naar-omhoog', een stipje lucht… maar we gaan! Als wiegende korenaren, van links naar rechts, een slinger van aardige aardmensen. Een pracht van een duizendkleuren tapijt onder onze handen en voeten, de kuitspieren beginnen te schreeuwen. Het zweet breekt me uit, maar ik weet, er is altijd bij iedere strijd dat kleine wonder van steun, die handgreep om naar te rijken. Daar ga ik als een 'ballerina' van het ene boompje naar het andere, de stevige, stoere Buxus die mij steunt.

Ik geniet van de klim, de overwinning op eigen angsten. Nog steiler, nog gladder wordt het en dan ontdek ik de wortel, dat stuk bloot liggend reiken, als een ladder tegen de rots gelegd om mij naar boven te brengen. Iedere wortel een trede, ik moet maar volgen, meer is het niet.

En dan, de tevredenheid van boven te zijn. Point de vue, verbondenheid, vriendschap en rust. Meer moet het leven niet zijn.

Info Stinkend Nieskruid

Helleborus foetidus, een vaste plant die in de Ardeense hellingen volop groeit. De naam is juist gekozen, want de zaden verspreiden niet alleen een vreemde geur maar prikkelen ook de neusslijmvliezen, waardoor je moet niezen. Ze werden vroeger in niespoeder verwerkt. Toch wat mee oppassen, zeker voor kinderen, omdat ze ook licht giftig zijn bij inwendig gebruik.

 Kruidwis website van Maurice Godefridi, voorzitter van de herboristenvereniging

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in