Onderzeeërs (of duikboten) kunnen onder water varen. Ze worden meestal door de marine gebruikt en zijn daar erg geschikt voor omdat ze niet opvallen. Onderzeeërs worden ook gebruikt voor oceaanonderzoek. In tegenstelling tot de boten die de marine gebruikt, zijn deze boten onbemand.
Werking
Een onderzeeër is een boot die snel moet kunnen stijgen en dalen. Dit gebeurd door middel van lucht. Aan de rand van een onderzeer zitten grote tanks die met lucht gevuld kunnen worden. Als de klep is geopend kan er water naar binnen waardoor de boot zwaarder wordt. Hierdoor zinkt de onderzeeër. Als de boot weer omhoog moet komen, wordt het water uit de tanks gepompt en ontstaat er een lege tank gevuld met lucht.
De meeste onderzeeboten worden aangedreven door een kernreactor. Doordat die reactor het water verhit, kan het water energie doorgeven aan de motor waardoor de boot vooruit gaat. Vroeger waren onderzeeboten moeilijker te bedienen: er moest worden getrapt zoals op een fiets om de boot vooruit te krijgen. Tijdens de Tweede wereldoorlog hadden onderzeeboten een dieselmotor.
Het sturen van een onderzeeboot gaat precies hetzelfde als een normale boot: erg langzaam. Door middel van roeren kan de onderzeeër sturen. Als het roer naar links wordt geduwd, gaat de boot naar rechts en als het roer naar rechts wordt geduwd, gaat de boot naar links.
Binnenin
Alles in een onderzeeboot is kleiner dan in een huis. Het bed bijvoorbeeld bestaat uit niet meer dan een plank met een matras erop. De afstand tussen twee bedden bedraagt ongeveer een halve meter: de kans dat iemand zijn hoofd stoot is daardoor erg groot. Kasten zijn er wel, maar net als de bedden zijn ook die erg klein: niet groter dan een magnetron.
Torpedo’s
Een onderzeeër die voor militaire doeleinden wordt gebruikt heeft meestal torpedo's aan boord. Deze torpedo's kunnen gemakkelijk een andere onderzeeboot laten ontploffen. Doordat een onderzeeër helemaal dicht is, is het moeilijk om ineens een torpedo af te vuren. Daarom is daar iets op bedacht. Het afvuren van torpedo’s gebeurd door middel van sluizen: nadat eerste de lanceerbuis is opengedraaid kan er een torpedo in worden geplaatst. Deze lanceerbuis wordt goed afgesloten. Nu kan er water in de buis worden gelaten. Daarna is alles gereed en kan de torpedo worden gelanceerd.
Het kan helaas ook misgaan, bijvoorbeeld als de buis niet goed is afgesloten. Het is dan goed mogelijk dat de torpedo een gat in het schip brandt of de onderzeeër laat ontploffen. Dit was waarschijnlijk het geval bij de Koersk, een Russische onderzeeër die op 11 augustus 2000 is gezonken. De complete bemanning kwam om het leven toen de onderzeeër ontplofte.
Soorten
Er zijn verschillende soorten onderzeeboten. Deze boten hebben allemaal een ander functie. Ze zijn daarom ook niet allemaal met torpedo’s uitgerust. Een korte opsomming:
- Aanvalsonderzeeër. Deze boot moet stil zijn en veel torpedo’s achter elkaar kunnen afvuren.
- Onderzeeboten die andere boten opsporen zijn vaak uitgerust met sterke luisterapparatuur. Het is hierbij mogelijk om van de ene kant van de oceaan een onderzeeër aan de andere kant te horen varen.
- Verkenningsonderzeeër. Deze boten moeten heel goed onder water kunnen kijken en luisteren. Verkenningsonderzeeboten worden ook gebruikt voor wetenschappelijk onderzoek en ze verkennen de zeebodem. Een andere naam voor deze boot is submersible. Deze boten hebben geen torpedo’s aan boord maar beschikken over camera’s en grote zoeklichten. Meestal hebben submersibles grijparmen om voorwerpen op te pakken of te verplaatsen