Een vuistdikke roman van net voor de eeuwwisseling met een verhaal dat ook gesitueerd is in de jaren 90. Een bizarre cocktail van modellen en internationaal terrorisme. Een holle glitterwereld waarin realiteit plaats maakt voor vertwijfeling. Welkom in ‘Glamorama’, van de schrijver van American Psycho: Brett Easton Ellis.

Het verhaal

Victor Ward, model, uitgerangeerd derderangsacteur en voltijds leegloper, sleept zich door de dagen, van de ene exclusieve party naar de andere. Zo loopt zijn relatie met supermodel Chloe op de klippen door zijn affaire met Alison. Aanmatigend als hij is, probeert hij achter de rug van zijn werkgever ook nog munt te slaan uit het opstarten van een eigen trendy club. Hij leeft in een soort waas en het is maar zeer de vraag of dat goed kan aflopen.

Langzaam maar zeker verliest de zelfgenoegzame hoofdfiguur immers elke voeling met de realiteit en daar zitten de aanzienlijke hoeveelheden drugs zeker voor iets tussen. Wanneer hij dan een nogal vreemd voorstel krijgt, aarzelt hij geen moment. Voor een smak geld hoeft hij enkel maar naar Europa af te reizen om een vroegere kennis, Jaimie, die nu ook fotomodel is, op te sporen. Dat blijkt in de praktijk iets moeilijker dan gedacht, want er is ook nog Bobby, de biseksuele vriend van Jaimie, die zich met bijzonder onfrisse zaken onledig houdt. En dan is er nog een cameraploeg die Victor constant lijkt te volgen en zijn paranoia voortdurend voedt. Wat begint als een kroniek van een tanende fotomodellencarrière ontaardt in een kroniek van een aangekondigde dood… Of toch niet?

Stijl en thematiek

The better you look, the more you see.

Wie ook maar een béétje op de hoogte is van het reilen en zeilen in de literatuur, weet dat Ellis tot de 'Generation X' gerekend wordt. Dat hij in 'Glamorama' een holle, levenloze modellenwereld schetst waarin de centrale figuren maar wat lopen aan te modderen en te lanterfanten, hoeft dan ook niet te verwonderen. De Amerikaanse romanschrijver slaat de lezer murw met zinloze details: opsommingen van gastenlijsten met 'bekende namen', hippe gerechten en gastronomische hoogstandjes die enkel voor exclusieve sterren zijn weggelegd, oppervlakkig geneuzel in schier dezelfde, repetitieve dialogen… De lezer zit erbij en staart ernaar. Toch is de haast eindeloze stroom onnodige informatie een noodzakelijk kwaad: een onbetrouwbare verteller die je gezapig achterover doet leunen bij zo veel beuzelarijen over data en namen en feestjes waar het hoofdpersonage zich nooit veel van herinnert. Wat is daar de bedoeling van? Wat zien we over het hoofd?

We'll slide down the surface of things…

Want dan is het spel ineens op de wagen: een kantelmoment halverwege het boek waardoor het verhaal plots vaart krijgt en je je afvraagt of alles nu richting afgrond dendert onder het bezwerende mantra uit een lied van U2. Weg zijn de banale plichtplegingen van de modellenwereld, enter paniek, dood en verderf. Het terrorisme loert om de hoek en de scènes worden alsmaar gruwelijker en explicieter. Maar is het dan allemaal wel echt? De zwaarste bominslag houdt Ellis voor het einde, wanneer de ware toedracht aan het licht komt. Eerst ben je verward, dan word je steeds ongemakkelijker als je het beseft. Wie is regisseur en wie is figurant?

Het oordeel

'Glamorama' is geen gewoon boek. Voor de buitenstaander mag de plot volstrekt ridicuul klinken en de lectuur even oppervlakkig lijken als de glamourwereld die geschetst wordt: het is toch veel meer dan dat. Als je beslist het te lezen, neem er dan je tijd voor. Het repetitieve karakter van het eerste deel wordt ruimschoots goedgemaakt door een sublieme stijl en die vind je al in de eerste zin. En volg je dan ook nog het motto van het hoofdpersonage, dan zul je ook effectief meer zien als je aandachtiger kijkt. Van de modellenwereld naar de wereld van geweld waarin het laatste deel verglijdt: alles staat er met een reden. En met een ultieme krachttoer slaagt Ellis erin de lezer op het laatst nog omver te blazen.

In 'Glamorama' houdt de auteur de touwtjes in handen: eerst zitten ze behoorlijk los en voelt het alsof niets je kan gebeuren. Langzaamaan trekt Ellis de touwtjes echter strak en raak je ook als lezer verstrikt in de spiraal van waanzin en geweld. Het is zeker een vreemde trip (in het geval van Victor Ward is dat meestal letterlijk te nemen), maar daarom niet minder subliem.

Brett Easton Ellis: Glamorama (2000) Uitg: Vintage Books Vertaling: Fastenau, Jan, Tjadine Stheeman, Maarten Polman

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in