Een korte biografie over het leven van Adolf Hitler, vòòr zijn toetreding tot de politiek en de oprichting van de Nazi – partij.
Hitler werd geboren op 20 april 1989, in een Oostenrijks dorpje met de naam Braunau am Inn. Zijn ouders, Aloïs Hitler en Klara Pözl hadden reeds 3 kinderen gekregen maar Hitler was de eerste die niet op jonge leeftijd overleed. Na hem volgden er nog 2 waarvan enkel Hitler's zus Paula de volwassen leeftijd zou bereiken. Tijdens zijn jeugd ging Hitler naar een zgn. 'Volksschule', een staatsschool. Hij had hier reeds problemen met discipline en dat leidde tot spanningen met zijn vader.
In 1900 overleed zijn jongere broer Edmund, en dat had een diepe invloed op Hitler. Op slag veranderde hij van een vrolijke en vlijtige student met veel zelfvertrouwen in een afstandelijke, onthechte en verweesde jongen. Hij lag constant overhoop met personen die autoriteit uitstraalden, zoals zijn leraars en zijn vader.
Hitler wou een klassieke opleiding volgen en artiest worden, maar zijn vader negeerde die wens. Hij stuurde hem naar de 'Realschule' in Linz (1900).
Na de plotse dood van zijn vader Aloïs in 1903 liet zijn moeder hem begaan toen hij van school wou gaan. Hij schreef in zich vervolgens in bij een andere 'Realschule', die te Steyr. Uiteindelijk verliet hij de school in 1905 na een laatste examen, zonder diploma of toekomstplannen.
Van dan af leefde hij als een nomade. Hij voerde verschillende jobs uit, ondertussen rondtrekkend. Hij ontving ook wat financiële ondersteuning van zijn moeder, die echter in 1907 overleed. Vervolgens moest Hitler, zonder steun van zijn moeder, zijn toevlucht zoeken tot opvangtehuizen en daklozenopvang.
Het was in Wenen dat hij in contact kwam met het anti-semitisme, anti-Slavisme en anti-Katholicisme. Hij werd een hevig bewonderaar van o.a. Martin Luther.
In 1913 kreeg hij het laatste deel van zijn erfenis en verhuisde vervolgens naar München. Historici geloven dat dit een poging was om te ontsnappen aan zijn dienstplicht in het Oostenrijks-Hongaars leger. Volgens Hitler zelf wilde hij niet dienen in dit leger door de grote etnische verscheidenheid. Uiteindelijk werd hij in 2014 ongeschikt bevonden voor legerdienst.
Toen Wereldoorlog I uitbrak bood Hitler zich aan als vrijwilliger in het Duitse leger. Hij spendeerde het grootste deel van zijn tijd ver achter de frontlinie. Hij gebruikte zijn vrije tijd aan het front om zijn passie voor kunst te voeden. Hij maakte onder andere cartoons en schilderijen.
Tjdens het gevecht om de Somme werd hij geraakt door schrapnel waardoor hij bijna twee maanden in het ziekenhuis doorbracht.
Hij keerde terug naar zijn regiment op 5 maart 1917 en op 15 oktober 1918 werd hij tijdelijk blind door een aanval met mosterdgas. Hij werd opnieuw gehospitaliseerd.
Zelf beschrijft hij zijn oorlogstijd als 'één van zijn beste ervaringen ooit' en hij werd door zijn oversten geprezen om zijn moed. Het is ook tijdens de oorlog dat zijn Duits pattriotisme danig gestimuleerd werd. Hij reageerde dan ook vol ongeloof toen hij vernam dat Duitsland zich had overgegeven in november 1918. Zelf geloofde hij (zoals zo vele Duitsers) dat Duitsland de oorlog niet op het veld verloren had, maar verraden was door de burgerleiders en de Marxisten. Dit vormde uiteindelijk de basis voor zijn later ideologie.
A. Bullock, Hitler Eine Studie über Tyrannei, Düsseldorf 1957