De Latijnse benaming van de cheeta, het snelste landzoogdier ter wereld, is Acinonyx jubatus. In het Engels wordt het Cheetah. Een andere benaming voor de cheeta is jachtluipaard. Hierdoor wordt de cheeta nog wel eens verward met de luipaard. De cheeta lijkt ook wel wat op een luipaard. Het duidelijkste verschil is dat een cheeta een traanstreep heeft en een luipaard niet. Ook zijn de vlekken verschillend van vorm.

Van de cheeta zijn vijf soorten bekend. Dit zijn de Acinonyx jubatus venaticus, de Acinonyx jubatus soemmeringii, de Acinonyx jubatus hecki, de Acinonyx jubatus raineyii en de Acinonyx jubatus jubatus. Soms wordt de Acinonyx jubatus velox als zesde soort benoemd. De Acinonyx jubatus venaticus komt voor in Azië en de andere soorten komen voor in Afrika. De cheeta staat bekend om haar snelheid. De cheeta heeft een erg flexibele ruggengraad wat helpt bij het maken van grote sprongen. Ook heeft de Cheeta een relatief een groot hart, grote longen en grote neusgaten. De staart zorgt voor de balans. De cheeta kan een snelheid bereiken van 110 km. per uur. Een cheeta kan dit alleen niet lang volhouden en moet een prooi dan ook eerst dicht genoeg benaderen alvorens aan te vallen. Een uitstekend zicht helpt bij het kiezen van een prooi. Daarnaast is het een van de weinige katachtigen die zijn nagels niet kan intrekken (naast onder andere de vissende kat en de platkopkat). Opvallend aan de cheeta is ook dat ze kunnen spinnen en soms een tjilpend geluid maken. Dit kunnen de andere grote katachtigen niet. De andere grote katachtige kunnen dan wel weer brullen, wat de cheeta weer niet kan.

Familie Cheeta

Een carnivoor behorend tot de familie der katachtigen (Felidae).

Grootte en gewicht

De cheeta is 1,22 tot 1,25 m lang en de schofthoogte is 60 tot 80 cm (het vrouwtje is kleiner). De staartlengte is 66 tot 84 cm. Ze wegen 36 tot 57 kg (waarbij het vrouwtje minder weegt dan het mannetje).

Levensduur

In gevangenschap kunnen ze 16 jaar worden (in het wild minder oud).

Voortplanting

Geslachtsrijp: tussen 1 en 2 jaar. Paring: er is geen specifiek paringsseizoen. Dracht: 90 tot 95 dagen. Jongen: er kunnen 3 tot 6 jongen worden geboren. De jongen blijven 1,5 jaar bij de moeder.

Levenswijze

Voedsel: de cheeta is een carnivoor en eet voornamelijk antilopen en soms wrattenzwijnen. Soms jagen ze op kleinere prooien zoals hazen en vogels. Als er in een groep gejaagd wordt dan willen ze zich nog wel eens wagen aan zebra’s of gnoes. Vijanden: leeuwen en hyena’s zullen soms een prooi af pakken van de cheeta. Een leeuw dood ook cheeta’s als die mogelijkheid er is. Om de kans op een ontmoeting met leeuwen en hyena’s te verkleinen jaagt de cheeta vroeg in de ochtend of laat in de middag. Andere grote katachtigen jagen niet rond die tijd. De grootste vijand is de mens. Door invloed van de mens wordt het leefgebied van de cheeta kleiner. Hierdoor komen de cheeta’s sneller in contact met leeuwen en hyena’s, neemt het aantal prooien af en is er meer concurrentie. De cheeta kan deze concurrentie niet aan en wijkt uit naar gebieden buiten de natuurparken. Buiten de natuurparken zitten boeren die hun vee willen beschermen. Sommige boeren schieten dan ook preventief de cheeta's dood. Tevens worden cheeta’s ook gedood bij de jacht. Gedrag: De cheeta vrouwtjes leven solitair. Als ze jongen hebben voeden ze deze alleen op. De mannetjes leven soms solitair en soms in groepen van 2 tot maximaal 4. De territoria van de vrouwtjes overlappen voor een deel met die van de mannetjes.

Bescherming

De cheeta wordt bedreigd met uitsterven. Er wordt geschat dat er nog maar maximaal 12.000 cheeta’s op de hele wereld zijn.

Aanvullende informatie

Er werd lange tijd aangenomen dat de cheeta’s genetisch gezien erg op elkaar lijken (dit betekent dat ze veel dezelfde genen zouden hebben). Als gevolg daarvan zou de Cheeta gevoeliger zijn voor ziektes, zich moeilijker aanpassen aan veranderingen en ook moeilijker voortplanten in gevangenschap. Nieuw onderzoek (http://mbe.oxfordjournals.org/content/28/4/1455.full.pdf) lijkt echter aan te tonen dat bovenstaande alleen van toepassing is op cheeta’s in gevangenschap. Dit betekent dat de cheeta’s in het wild dus genetisch gezien minder op elkaar lijken dan werd gedacht. Dit is voordelig voor de cheeta omdat eerder genoemde problemen dan minder snel zullen optreden. Toch heeft de cheetapopulatie het zwaar te verduren en is het te hopen dat de aantallen niet verder zullen dalen.

 

""

Grote geïllustreerde dierenatlas, The Readers Digest nv, Amsterdam-Buitenveldert
www.stichtingspots.nl.

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in