Als je wilt beginnen met thuis wijn maken is dit recept een aanrader. Je maakt op een eenvoudige wijze een lekker, fris wijntje waar je trots op kan zijn.
Witte tafelwijn van appelconcentraat
Zeer eenvoudig te maken tafelwijn. Mislukken is haast onmogelijk. Zorg dat je de gebruiksaanwijzing op het concentraat goed leest en opvolgt. Ook is het belangrijk alle materialen schoon en steriel te maken, voordat ze gebruikt worden. Het concentraat bestaat uit ingedikt appelsap, dat je met water verdund tot je een bepaalde hoeveelheid hebt.
Wat heb je nodig:
- Appelconcentraat genoeg voor 5 liter, te koop bij de wijngildes of op het internet
- Suiker, zoals op de verpakking staat aangegeven
- 1 theelepel universele kultuurgist
- 1 theelepel pecto-enzymen
- Water, zoals staat aangegeven op de verpakking
Attributen die nodig zijn om wijn te maken:
- Flessen, mogen oude wijnflessen zijn
- 2 x 5 liter gistingsfles met rubberkap en waterslot
- Houten lepel
- Hevelslang
- Krimpcapsules
- Kurken + houten hamer
- Thermometer
Zo ga je te werk:
- Maak alle materialen die je nodig hebt schoon en steriel.
- Giet het appelconcentraat in de gistingsfles en spoel de verpakking met een beetje warm water om. Voeg dit toe, aan het appelsap (=most) in de gistfles.
- Los daarna 2/3 van de toe te voegen suiker op in een beetje warm water en giet dit bij het vruchtensap in de gistfles. De hoeveelheid water die je moet toe voegen staat op de verpakking, van het appelconcentraat.
- Zorg dat het suikerwater niet te heet is, want dan kan de gistingsfles knappen!
- Verdun nu de most in de fles met water. De hoeveelheid wat die je moet toe voegen staat op de verpakking, lees deze dus goed.
Let op : zorg er voor dat de gistingsfles tot aan de schouder wordt gevuld, niet hoger.
- Schudt vervolgens alle ingrediënten flink door elkaar en kijk of de temperatuur onder de 20 graden Celsius is.
- Pas als de temperatuur onder de 20 graden is kun je de pecto-enzymen en kultuurgist toe voegen, anders komt de gisting niet op gang.
- Schudt de fles nog even flink en sluit deze dan af met de rubberkap en het waterslot, dat je vult met sulfietwater.
- Zet vervolgens de fles met most op een stabiele, redelijk warme plek die tussen de 20 en 24 graden Celsius is.
- Na een a twee dagen zal het water in het waterslot gaan borrelen, wat inhoudt dat de suiker wordt omgezet in alcohol en koolzuurgas.
- Ook zal er schuim op de gistende appelsap staan, deze schuimkraag verdwijnt naar vier of vijf dagen.
- Als de schuimkraag is verdwenen, kan de laatste suiker worden toe gevoegd.
- Los hiervoor de suiker op in een beetje warm water.
- Laat het suikerwater afkoelen tot onder de 20 graden Celsius voordat je het bij de wijn giet. Als je het suikerwater er te warm bij giet, doodt je de gistcellen.
- Plaats daarna het rubberkapje met het waterslot weer op de gistingsfles en laat het ± 4 weken staan.
- Kijk of het waterslot niet of nauwelijks meer borrelt en aan beide zijden op gelijk niveau staat. De tafelwijn is nu klaar en kan geproefd worden.
- Daarna kan de wijn in schone steriele flessen (bijvoorbeeld oude wijnflessen) geheveld worden.
- Wanneer de flessen gevuld zijn met wijn, sla je de nieuwe kurk op fles met een houten hamer.
- Dan de fles rechtop laten staan, tot de kurk droog is.
Sante
