In deze tekst wordt kort uitgelegd wat de meest gangbare manieren zijn van begeleiding bij emotionele en sociale problemen. In een tweede tekst zullen de verschillen hiertussen worden uitgewerkt.
Coaching
Coaching is een vorm van hulpverlening waarbij de coach door middel van een aantal gesprekken mensen begeleidt bij het bewerkstelligen van een verandering in de manier van denken of leven. De coach helpt de cliënt om een helder doel te formuleren en om goede manieren te vinden om dat doel te bereiken. De coach bevordert zelfsturing, zodat de cliënt zichzelf kan helpen.
In gesprekken met de coach krijgt de cliënt zicht op eigen sterktes, gedragspatronen en overtuigingen. Op basis van dit verkregen inzicht en nieuwe overtuigingen kan de cliënt gedrag en handelen aanpassen. De coach werkt door middel van vragen stellen en interventies (een soort spellen).
Bij coaching wordt de emotionele kant van het probleem minder diepgaand onderzocht. Binnen de eerste sessie is al duidelijk wat het probleem of de uitdaging is en kan de coach samen met de cliënt beginnen aan het stellen van doelen. Vervolgens kan de cliënt samen met de coach een actieplan opstellen en kan het coachen beginnen, zodanig dat de cliënt zijn zelfgestelde doelen behaalt.
Coaching is een vrij beroep. Iedereen mag zichzelf coach noemen. Men dient zich wel aan de ethische code van de beroepsvereniging te houden en natuurlijk aan de wet. Verder kan de coach zelf invullen op welke manier hij zijn vak uitoefent.
Counseling
Op het moment dat een probleem van de cliënt meer op het emotionele vlak ligt, is counseling beter geschikt. In een counselingstraject worden de emoties bekeken die bij de oorzaak van het probleem horen en wordt gestreefd naar een beter zicht op of in de bestaande problematiek van de cliënt. Counseling kan gecombineerd worden met coaching zodat, na een goede probleemanalyse, oplossingsgericht gewerkt kan worden.
Counseling is geschikt voor mensen van wie het probleem geen pathologische oorzaak heeft.
Counseling is een vrij beroep en de invulling van dat beroep is verschillend. Over het algemeen kenmerkt counseling zich door een sterk holistische benadering van de mens. De benadering van de cliënt vindt zijn oorsprong in verschillende psychologische stromingen, waaronder de humanistische psychologie van Carl Rogers. In die psychologische school staat de mens centraal en gaat de therapeut uit van de eigen mogelijkheden van ieder mens. In de behandeling komen, onder invloed van Egan, echter ook behavioristische en gedragstheoretische aspecten voor.
Klinische psychologie
Klinische psychologie is de toepassing van psychologie in een klinische (gezondheids-) setting. De verschillende vormen van klinische psychologie worden ingezet ter verlichting van psychische gezondheidsproblemen, zoals depressie, angststoornissen, posttraumatische stressstoornis en rouwproblematiek en in het algemeen ter bevordering van de geestelijke gezondheid. Ook vindt de klinische psychologie toepassing in de psychiatrie en psychopathologie.
Klinische psychologie heeft zich in het verleden vooral gericht op geestelijke gezondheidsproblemen. Door de opkomst van de gezondheidspsychologie zijn nu ook psychosociale aspecten van somatische ziekte onder de aandacht van klinisch psychologen gekomen.
Een klinisch psycholoog kan onderzoek doen en testen afnemen. Hierop kan een behandeling volgen, bijvoorbeeld psychotherapie.
Het beroep van klinisch psycholoog is geregeld in de wet BIG. Het is dus een beschermd beroep.
Psychotherapie
Psychotherapie houdt zich bezig met (zware) psycho-sociale problematiek en psychiatrische stoornissen. Het is een vorm van behandeling die is gericht op verandering van gedrag en leefstijl, zodat men die vaardigheden kan aanleren die nodig zijn om de adviezen van de arts beter op te kunnen volgen, of om bijvoorbeeld ingrijpende gebeurtenissen te kunnen verwerken. Door deze therapie wordt een nieuw psychisch evenwicht bevorderd. Psychotherapie is curatief ingesteld. Dat betekent psychotherapie het doel stelt om het probleem op te lossen of dragelijk en leefbaar te maken.
In Nederland mag een klinisch psycholoog en een psychiater zich automatisch psychotherapeut noemen. Hun psychotherapeutische kennis is breed van aard en zij kunnen daarom gericht kiezen uit verschillende therapeutische methodieken (of combinaties van therapeutische technieken toepassen).
Psychosociaal werk
Psychosociaal werk valt onder het werkterrein van maatschappelijk werk. In Nederland is een beroepsvereniging van maatschappelijk werkers actief, de Nederlandse Vereniging van Maatschappelijk Werkers. Maatschappelijk werk is een vrij beroep en wordt niet officieel erkend door de overheid.
Samengevat bestaat het werk van de maatschappelijk werker uit de volgende vier kerntaken: psychosociale hulpverlening; concrete en informatieve hulpverlening; onderzoek en rapportage; signalering, belangenbehartiging en preventie.
Onder psychosociale problemen wordt doorgaans verstaan: angst, eenzaamheid, emotionele problemen, gezinsproblematiek, leerproblemen, opvoedingsproblemen, probleemgedrag, relatieproblemen, rouwverwerking, stress, verslaving. Vaak treden deze problemen in combinatie met elkaar op.
De psychosociaal therapeut helpt de cliënten om het overzicht over hun situatie op te bouwen en om hun eigen krachten aan te spreken. Door deze vorm van begeleiding zijn zij hierna zelf weer in staat om handelend op te treden en de problemen verder op te lossen.
www.counselling.nl
werkwijze.counsellingsjoukjedrenthbruintjes.nl/Wat%20is%20counselling.htm
www.abc-van-coaching.nl/wat-coaching/wat-is-coaching.asp
www.wikipedia.org
www.masters.uu.nl
www.leidenuniv.psychologie.nl