Nu het er de economie niet al te best voor staat en veel mensen hun uitgaven drastisch hebben moeten beperken zijn er opmerkelijke ideën om er voordelig op uit te kunnen gaan. Een voorbeeld hiervan is onderstaande variatie op een cafébezoek. De gedachten liepen daarna enigzins uit.
Hoe bekostig ik mijn uitje?
In een Amsterdams café bestel ik een espresso. Het eerste slokje leert mij dat de espresso loeisterk is en ik vraag om een glaasje water. Elders in Europa hoort dat vaak vanzelf bij de espresso om met een slokje water de smaak in de mond af en toe te neutraliseren. Uit principe geeft men dit in het café waar ik verpoos niet, ook niet als ik erom vraag. Als ik vraag naar de reden van dit principe wordt mij uitgelegd dat er mensen zijn die een eigen theezakje meenemen van thuis. Zo kunnen zij met een glaasje warm water van het etablissement gratis iets nuttigen. Gezellig uit met een theezakje op zak en dat geheel schaamteloos? Hoe bedenkt men het! Eerlijk gezegd ik heb het nooit gezien. Je moet er maar op komen. Mild gedacht kan dit op grote armoede en vervreemding duiden en dat is ernstig. Armoede is een van de drijvende krachten achter creativiteit en doet grenzen verleggen. Deze alternatieve kampeerhouding manifesteert zich echter in vele vormen en is wijd verbreid. Men heeft steeds minder contact met het ontstaan van het consumptieve aanbod en gemeenschapszin is een relatief begrip geworden. Men doet wat men wil.
Eigenbestuur versus solidariteit
Wie geheel individueel zijn eigen consumptie meeneemt beseft niet dat kostenposten als de huur van het etablissement, inventaris en verzekeringen betaald dienen te worden zodat bezoekers hun consumptie kunnen nuttigen. En, voor die consumptie dient natuurlijk ook betaald te worden. Het beginsel van geven en nemen berust op een ruilovereenkomst. Iemand die alleen maar neemt en niet doet wat daar tegenover staat trekt dit beginsel scheef. Solidariteit is een tussen mensen die in dezelfde situatie verkeren ontstaan gevoel. Dat gevoel is inmiddels over zeer veel deelgebieden verdeeld is en kan zo weer vergeten worden als de omstandigheden veranderen. Nu het niet zo best gaat met de economie let iedereen meer op de knip en ziet even niet dat er meer belangen zijn dan het eigenbelang. Nogal kinderachtig zou men zeggen: ieder redt zijn eigen hachje. Toch is het begrijpelijk. Want, de samenlevingsverbanden zijn meer onzichtbaar en minder voelbaar geworden. Men is zich er niet van bewust een deel van en een deel voor het geheel te zijn. Dat is een onvermijdelijk gevolg van schaalvergroting en het teloor gaan van de kleine leefgemeenschap.
Normverschuiving
Er is niets aan te doen. Het alledaagse leven is aan het toezicht van de sociale controle onttrokken en men gaat ervan uit dat ieder zichzelf controleert. Dat gaat meestal wel goed behalve als er armoede in het spel is dan wijken de gewone fatsoensnormen maar zoals het uitkomt.