Een verdediger krijgt vaak minder aandacht dan een spits, maar is zeker zo belangrijk. Het is heerlijk om een verdediger te zijn.

Ik voetbal vanaf mijn 5e levensjaar en ben nog steeds actief op het veld. Elke week kijk ik uit naar de zondag, omdat ik dan weer samen met mijn vrieden een heerlijk potje kan voetballen.

Ik ben al vanaf het begin van mijn voetballeven de laatste man van de 11. Het is heerlijk om een vaste tegenstander aangewezen te krijgen, die je blijft volgen. Je hebt contstant oog op de bal en op je tegenstander. Als je tegenstander naar links gaat, ga jij mee. Als hij naar rechts gaat, ga je mee. Mijn trainer zei altijd: al gaat ie naar het toilet, dan ga jij mee jongen. Je doet er alles voor om eerder bij te bal te zijn dan hij. Door middel van kopduels, slidings en sprintduels doe je er alles aan om ervoor te zorgen dat je tegenstander niet tot scoren komt. Zelfs als hij een goede pass aflevert aan een medespeler, doet dat pijn. Hij mag niet aan de bal komen.

Een verdediger staat vaak niet in de picture. Ik kan geen actie maken en ik ken ook geen gave trucjes, die zo oogstrelend zijn voor het publiek. Ik maak geen doelpunten, die zo belangrijk zijn om te winnen. Een verdediger probeert zijn doel schoon te houden en probeert ervoor te zorgen dat zijn tegenstander niet aan voetballen toekomt. Het is heerlijk om een sliding op de bal te maken op dat natte veld en de bal te veroveren in het belang van je team. Het is heerlijk om na 90 minuten met  3 punten van het veld te lopen.

Na de wedstrijd neem je een verdiende douche, waarna je met al je kameraden de kantine betreedt. Er moet natuurlijk gedronken worden op de overwinning en dat kan doorgaan tot in de vroege uurtjes.

Maandagmorgen is je gedachte weer bij zondagmiddag 12 uur, wanneer je weer je best doet om beter te zijn dan je tegenstander.


LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in