China is een enorm land waar ze aan één ding geen gebrek hebben: mensen. Dat heeft in de hele loop van de geschiedenis een enorme impact gehad op China. Ik neem jullie mee voor een tijdreis door China, van het Chinese Keizerrijk tot de volledige dictatuur onder leiding van Deng Xiaoping.
Het familiesysteem
Om de geschiedenis van een land als China volledig te begrijpen, heb je een bepaalde voorkennis nodig. In wat is de Chinese cultuur te vergelijken met de Westerse en in welke opzichten zijn er grote verschillen? Het begint allemaal bij het familiesysteem, dat behoorlijk verschilt met dat van ons.
Het westen | Oud China |
Individu voor de groep |
Groep voor het individu |
Oud is goed | Jong is goed |
Vrouw gelijk | Vrouw ongelijk |
Leden gelijk | Leden ongelijk |
Kerngezin |
Meergeneratiegezin |
De leer van Confucius
De hele basis van het Chinese 'bestaan' was de leer van Confucius. De leer van Confucius is een staatsleer en gedragsleer op basis van harmonie en ongelijkheid (hiërarchie). Dat wil zeggen dat niet alleen je denken bepaald werd, maar ook je doen. De staat was de instantie die deze taak volledig op zich nam. De leer van Confucius is nog vele jaren de basis van het Chinese geloof geweest, en zelfs nu heeft het nog een bepaalde invloed. Hoe de leer van Confucius verder in elkaar zit en welke invloeden het heeft gehad op de Chinese samenleving komen later nog aan de orde.
Het Keizerrijk (211 v C – 1911 n C)
Het Keizerrijk is de allereerste periode die aan de orde komt. In deze periode werd het gehele denken en doen in China bedacht. De positie van de keizer, de manier waarop China geregeerd werd en het ambtenarenstelsel zijn nu nog steeds zichtbaar in China.
De keizer is de zoon des hemels
Een heel belangrijk gegeven volgens de leer van Confucius is het hemels mandaat. Volgens de leer heeft de keizer het Hemels Mandaat en daarmee het recht om te regeren. Het principe zegt dat de menselijke samenleving dezelfde harmonie kent als de natuur. Natuurrampen zijn dus ook een verstoring van de natuurlijke orde. Chinezen zagen dit als teken van verlies van het Hemels Mandaat, er ontstonden boerenopstanden en uiteindelijk kwam er een nieuwe dynastie aan de macht. Het kon dus gebeuren dat er een keizer werd afgezet, omdat er een hongersnood was. Een manier van denken die wij ons niet kunnen voorstellen.
China werd centraal geregeerd
Voor de duidelijkheid: China werd in deze periode centraal geregeerd. Het is bijzonder dat zo'n groot land als China daar vrijwel de hele geschiedenis is in geslaagd. Het hele keizerrijk was volledig gecentraliseerd. Er was één centrale wetgeving, één schrift, één munt, overal waren dezelfde maten en gewichten en er was een ambtenarenstelsel waarin mandarijnen de hoogste functie hadden.
Opleiding tot mandarijn
Om deel uit te maken van dat ambtenarenstelsel moest je van zeer goede huize komen, een opleiding tot mandarijn was namelijk enorm moeilijk. Ten eerste was er een zeer ingewikkeld examenstelsel dat inhield dat je een hogere graad pas op een latere leeftijd kon behalen. Sommigen haalden pas op hun 65ste de hoogste graad. Hierin zie je ook weer terug dat oud goed is. Chinezen associëren een oude leeftijd met kennis en ervaring. Ook moest een mandarijn het Chinese schrift leren, iets wat erg ingewikkeld was omdat het Chinees meer dan drieduizend verschillende karakters kent. Bovendien moest je de hele leer van Confucius uit je hoofd kennen, wat behoorlijk veel was. Nee, alleen de allerslimsten en hardwerkenden schopten het tot mandarijn. Daartegenover stond dan weer weer dat je als mandarijn veel politieke macht en een politieke en culturele status had.
Bestuursstructuur
Hier moet ik kort en duidelijk in zijn. Bovenaan stond de keizer, die het hele land bestuurde. Het land was verdeeld in achttien gebieden die werden bestuurd door gouveneurs. Die gebieden waren onderverdeeld in prefecturen en die prefecturen bestonden weer uit districten.
Taken van het magistraat
De keizer benoemde tevens het magistraat, die erg veel te zeggen hadden in het Chinese Keizerrijk. Zo waren zij onder andere verantwoordelijk voor het handhaven van de openbare orde (met hulp van soldaten), het spreken van recht, het innen van belasting en hadden zij de last op hun schouders van de openbare werken.
De sociaal-economische situatie
Om China volledig te kunnen begrijpen, heb je een bepaald inzicht nodig in de sociaal-economische situatie. Die is namelijk bijzonder, en niet te vergelijken met hoe wij in het Westen denken (en altijd gedacht hebben). In China stonden de grootgrondbezitters, ofwel mandarijnen, aan kop wat betreft positie op de maatschappelijke ladder. Daaronder volgden de boeren, die maar liefst 80% uitmaakten van de hele bevolking. Daaronder stonden de handwerkers en daaronder pas de handelaren. Dat is opvallend, want wij zouden die volgorde toch op een hele andere manier plaatsen. Wij waarderen hier handelaren meer dan boeren, in China wordt hier dus totaal anders over gedacht
De boeren
Boeren waren dus belangrijk in China, en ze hadden erg veel aanzien. Ze waren autarkisch, en dus volledig zelfvoorzienend. Ze hadden een hoogontwikkelde tactiek, denk hierbij aan: irrigatie, bemesting en landbouwwerktuigen. De belasting werd betaald in zilver, de rest van de producten werd verhandeld op de markt en men deed aan huisnijverheid. Je moet echter wel in je achterhoofd houden dat de meeste boeren op het bestaansminimum leefden. Dit bracht een belangrijk gegeven met zich mee. Bij natuurrampen brak er vaak hongersnood uit en dat zorgde vrijwel altijd voor een boerenopstand.
De ambachtslieden
De ambachtslieden produceerden enkel producten voor de lokale markt. Daarnaast waren er grote werkplaatsen, daar produceerden ze producten voor de interregionale handel. Voorbeelden van producten die ambachtslieden maakten zijn:
- Porselein
- Zijde
- Lakwerk (tafeltjes, doosjes, kamerschermen)
- Jade (groene of witte steen voor gebruiksvoorwerpen)
Handelaren
Handelaren hadden in China de status van profiteurs. Ze leefden van het werk van anderen. China deed allang aan ontdekkingstochten en hadden al in de Oudheid handelsroutes naar Europa. Dat viel stil, maar in de loop van de Middeleeuwen zijn die handelscontacten weer hersteld (Marco Polo had hier een groot aandeel in). Sinds de Ontdekkingstochten van het Westen proberen Europeanen handelsroutes over zee te openen.
De buitenlandse politiek
De buitenlandse politiek van China was kenmerkend voor de allervroegste periode in de geschiedenis van China die wij behandelen. China was niet alleen een tribuutstelsel, maar zag zichzelf ook als middelpunt van de wereld. De rest zijn barbaren. Dit begrip noemen we sinocentrisme. Bovendien heerste er in China een enorme vreemdelingenhaat jegens alles wat niet Chinees was, xenofobie. Als laatste speelde ook het isolationisme een zeer belangrijke rol in China. China sloot zich namelijk volledig af van de buitenwereld en wilde met de rest niks te maken hebben.
Cultuur
Het laatste wat ik behandel is de cultuur van China in de periode van het Chinese Keizerrijk. Die was hoog ontwikkeld en dat uitte zich vooral in de bouwkunst. Denk hierbij aan:
- De Verboden Stad
- Het Zomerpaleis
- De Chinese Muur
- Het Plein van de Hemelse Vrede
Maar ook op het gebied van wetenschap was China behoorlijk ver:
- Buskruit
- Papier en dus geld
- Boekdrukkunst
- Kompas
Hoe deze cultuur zich verder ontwikkelt, komt in de volgende delen verder aan bod.
Slotwoord
Jullie kennen nu de basis van het Chinese Keizerrijk, en daarmee het belangrijkste begin van de Chinese geschiedenis. In het volgende deel behandel ik het China in de 19de eeuw, daarna het nationalistische China en tenslotte het communistisch China dat ik opdeel in twee periodes: China onder Mao en China onder Deng Xiaoping.