Tuintrampolines kunnen tot ernstig letsel leiden. Ze zijn erg populair bij kinderen. Sinds 1995 zijn de trampolines niet alleen meer op het platteland te vinden, maar ook in de stad. Door de toegenomen populariteit is én het aantal ongelukken gestegen én de aandacht voor veiligheid.
Ondanks letselcijfers toch gezond
Als maatregelen tegen letsel zijn genomen, heeft trampolinespringen serieuze gezondheidsvoordelen, zoals:
- versterking van botten,
- snellere ontgifting van het lichaam door zwaartekrachtverschillen,
- betere stemming en
- (onder medische begeleiding) zelfs sneller herstel van hersenbeschadigingen.
Trampolinespringen wordt zowel bij volwassenen als kinderen in verband gebracht met een verbetering van het coördinatievermogen van het lichaam. Uit onderzoek van de Rijksuniversiteit Groningen blijkt dat vrij buiten spelen, dus zonder tijdslimiet en interventie door volwassenen, de psychosociale ontwikkeling van kinderen stimuleert. Trampolinespringen is een dergelijke buitenactiviteit.
Letselcijfers
Circa 6.300 mensen lopen jaarlijks letsel door trampolinespringen op. Meer dan de helft van de kinderen is onder de 10 jaar; een derde is tussen de 10 en 14 jaar. Ongeveer 500 mensen moeten door het letsel in het ziekenhuis worden opgenomen. Nagenoeg alle ongelukken vinden thuis plaats. In België is gerapporteerd dat bij de helft van de ongelukken volwassenen aanwezig waren, maar dat zij niet snel of goed genoeg konden ingrijpen. Sommige volwassen willen meedoen op de trampoline. Dat laatste is zeker met kinderen onder de 6 jaar door de grote gewichtsverschillen zeer gevaarlijk. In de Verenigde Staten raadt de Academie voor Kindergeneeskunde (AAP) meespringen door volwassenen ten stelligste af. Letsel en schade door meespringen wordt door sommige verzekeraars in de polis zelfs expliciet van compensatie uitgesloten.
Oorzaken van letsel
Wanneer een trampoline volgens de regels wordt gebruikt, lijken de effecten op de hersenen eerder positief dan negatief. Gebeurt dat niet, dan is trampolinespringen ronduit gevaarlijk. De volgende ongelukken leiden tot letsel:
- Botsingen en beknellingen (wanneer meerdere kinderen tegelijk springen)
- Op de rand van de trampoline landen
- Op een harde ondergrond naast de trampoline landen
- Tussen de trampoline en de kuilrand schieten
- Botsingen met obstakels die niet vlakbij de trampoline horen te zijn (takken, schuurtjes, schuttingen, enzovoort)
- Materiaaldefecten (los schietende veren, scheurende vangnetten)
Soorten letsel
Trampolinespringen kan letsel geven door de langdurig zelfde bewegingen. Vaak gebeurt dat, net als bij andere sporten, in combinatie met onopgemerkte of sluimerende blessures en afwijkingen aan spieren en gewrichten. Voorbeelden van acuut letsel zijn:
- Breuken van botten en verstuikingen van gewrichten (pols, elleboog, enkel en onderarm)
- Duizeligheid, hoofdpijn en zelfs hersenschuddingen (de hersenen schuiven door de sprongen steeds een fractie op)
- Snij- en schaafwonden
- Builen en blauwe plekken
- Spier- en peesscheuringen
- Ruggenmergbeschadiging
Letsel voorkomen
- Bezuinig niet op de kwaliteit van het materiaal. Bekijk de trampoline eerst. Koop niet ongezien; zeker bij tweedehands exemplaren moet scharnierpunten, doek en veren goed nagekeken worden.
- Leg voldoende dikke kussens op de springveren
- Breng goede gekeurde zachte valtegels om de trampoline aan
- Houdt de ruimte rondom de trampoline vrij. Plaats de trampoline niet zo maar ergens tussen.
- Graaf bij voorkeur de trampoline in zodat er geen hoogteverschil meer is
- 1 kind per keer op de trampoline. Bij meerdere kinderen kan het ineens voorkomen dat de sprong van een licht kind wordt versterkt. Hij wordt dan ineens gelanceerd
- Spring NOOIT als volwassene (of een ouder kind) en een jong kind samen
- Doe je schoenen uit
- Spring nooit op een natte trampoline omdat dan slippartijen ontstaan
- Laat geen speelgoed of andere dingen op het doek liggen wanneer gesprongen wordt
- Ga niet springen totdat je zo buiten adem bent dat je coördinatie minder wordt
- Stunt niet; salto’s maken doe je in de gymzaal onder deskundige begeleiding