Simpel gezegd, wordt radio-activiteit veroorzaakt, door bepaalde instabiele atoomkernen, die zich spontaan kunnen omzetten en daarbij een ioniserende sraling veroorzaken en uitzenden.  In de natuur komen stoffen, die deze straling kunnen veroorzaken vaak voor. Deze natuurlijke straling heeft echter een zwakke intensiteit en zijn voor mens en dier relatief ongevaarlijk. Atoomkernen met deze eigenschappen worden radionukliden genoemd.

Stoffen met instabiele atoomkernen:

In de natuur treft men radio-actieve straling met een zwakke, voor mens en dier relatief ongevaarlijke straling vaak aan. De veroorzakers van deze straling zijn stoffen als Kalium 40, Koolstof, Jodium, Kalkverbindingen en Uranium. Ook Radon (Radongas) dat spontaan uit de aarde ontsnapt is een van de stoffen met een instabiele kern.

Uranium, een van de stoffen, die bij atoomsplitsings- processen wordt gebruikt wordt zowel ondegronds als in open mijnbouw gewonnen. Vooral de open mijnbouw, o.a. in het voormalig Oost-Duitsland, heeft vele slachtoffers gemaakt onder de mensen die in de buurt van deze open mijnen woonden. Vele mensen zijn daar aan kanker gestorven.

 Straling, stralings-intensiteit en atoom-afval:

Afhankelijk van bron en stralings-intensiteit wordt de straling onderverdeeld in, Alfa-straling, Beta-straling en Gamma-straling. Straling met een lage intensiteit, zoals in de natuur voorkomt, is voor de mens nauwelijks waarneembaar, maar kan op den duur toch wel schade veroorzaken.

Straling met een hoge intensiteit is voor de mens zeer ongezond. Afhankelijk van intensiteit en de duur van het contact met deze straling,  zelfs dodelijk op korte of langere termijn.

Het grootste stralingsgevaar komt echter van kunstmatig opgewekte processen, zoals kernsplitsing bij kernreactoren, proeven met atoombommen, ondergronds, bovengronds en in de atmosfeer.  Nucleare aandrijvingen van onderzeeboten en schepen. Ook de proeven in speciale reactoren in laboratoria voor wetenschappelijk,  medisch en metallurgisch onderzoek dragen een steentje aan de totale stralings-emissie bij.

Bij al deze processen en experimenten komen afvalstoffen vrij, die door direct contact of door het bestralen radio-actief zijn geworden. Deze stoffen, materialen kunnen niet zomaar worden weggeworpen of opnieuw worden gebruikt. Door de radio-actieve belasting zijn ze een gevaar  voor mens, dier en plant geworden en moeten daarom op een speciale manier ergens worden opgeslagen, waar ze niet in direct contact  met de mens en de natuur kunnen komen.

Afbouwtijden radio-activiteit:

Voor het afbouwen van de radio-activiteit is op dit moment nog geen oplossing gevonden. Wel is bekend dat verschillende radio-actieve stoffen een zeer lange afbouwtijd nodig heben om terug te keren tot de waarden, die in de natuur min of meer normaal zijn. De afbouwtijd van de verschillende stoffen varieert van enkele tientallen jaren tot enkele tienduizenden, zelfs honderdduizenden jaren. 

Het zal duidelijk zijn dat een permanente, veilige  opslag van deze materialen, ook wel atoom-afval genoemd, zeer grote problemen met zich mee zal brengen. Generaties lang zullen wij met dit probleem worden geconfronteerd.

Gezondheid en radio-actieve straling:

Pas nadat de atoombommen op Hiroshima en Nagasaki in Japan waren gevallen, die het einde van de tweede wereldoorlog hebben ingeluidt en men de schade had gezien die deze bommen hadden veroorzaakt aan de mens en het hele eco-systeem, is men zich gaan interesseren voor de directe en indirecte gevolgen van atoom-straling.

Men bemerkte, dat een groot aantal mensen aan verschillende vormen van kanker en andere verschrikkelijke afwijkingen waren gestorven en nog steeds stierven. En dat een groot aantal kinderen geboren werd met  misvormingen en andere afwijkingen.  Dit ook na jaren. 

Overal ter wereld werden nu wetenschappers, medici en speciale laboratoria in staat van alarm gebracht en een groot internationaal onderzoek naar het fenomeen straling ( radio-actieve straling ) werd op gang gebracht.

Symptomen Stralingsziekten:

De algemene symptomen bij stralingsziekte in het eerste stadium:

*    Koorts en moeheid

*    Duizeligheid en misslijkheid

*    Hoofdpijnen en lusteloosheid

*    Overgeven en diaree

*    Krampaanvallen en haaruitval

Na verder onderzoek van de patienten in ziekenhuizen en laboratoria werd het volgende aangetoond.

*    Huidafwijkingen                  –          Rode, jeukende vlekken en blaasjes oip nde huid.

                                                     –          Open wonden, die niet genazen

                                                     –          Haaruitval

*    Maag- en Darmklachten    –          Misselijkheid en overgeven

                                                      –          Diaree

                                                      –          Geen honger hebben

*    Bloedafwijkingen                 –          Door het afsterven van de rode bloedlichaampjes, accute bloedarmoede.

                                                      –          Door het afsterven van de witte bloedlichaampjes, ontstekingen

                                                      –          Door het afsterven van de bloedplaatjes, bloedingen en infecties.

                                                      –          Afwijkingen aan hart- en boedvaten

*    Andere problemen              –          Onvruchtbaarheid bij vrouw en man.

                                                      –         Misvormingen en andere afwijkingen bij het nageslacht.

                                                      –         Beschadiging DNA en stamcellen.

THERAPIEEN:

Bij een hoge stralingsintensiteit en langdurige blootstelling aan deze straling is geen hulp meer mogelijk. Een groot deel van de menselijke cellen wordt hierdoor vernietigd en kan niet meer tijdig worden vervangen. Binnen enkele dagen of zelfs binnen enkele uren sterven deze mensen.

Bij een kortstondige belasting is genezing mogelijk.

De beste therapieen hiervoor zijn: Bloedtransfusies en de Stamcellen-reparatie.

Bloedtransfusies.

Vervanging van de rode-, witte-bloedlichaampjes en bloedplaatjes, waardoor het lichaam weer zelf infecties kan bestrijden, het transport van zuurstof en voedingsstoffen naar de organen en andere delen van het het lichaam weer wordt hersteld en de huid weer haar herstellend vermogen terug krijgt. Het toedienen van anti-biotica is ook noodzakelijk.

Het slikken van jodiumpillen direct nadat een blootstelling aan radio-activiteit heeft plaats gevonden heeft ten doel, dat de schildklier zo vol met niet radio-actief jodium wordt volgepompt, dat deze geen radio-actief jodium meer opneemt.  Dit voorkomt verdere schade aan het lichaam door straling-opname.

Stamcellen-reparatie.

Stamcellen zijn cellen die zichzelf kunnen delen. Ze kunnen in het lichaam zorgen voor een hernieuwde aanmaak van gespecialiseerde cellen, zoals de rode-, witte-bloedcellen, hartspieren. huidcellen, etc. Hierdoor kunnen de afgestorven cellen in bepaalde delen van het lichaam worden vervangen. Stamcellen kunnen zichzelf omvormen tot elk type cel wat het lichaam nodig heeft en zoeken na toediening de plaatsen in het lichaam op,  waar ze nodig zijn.

Dat hier bij de behandeling ondersteunende maatregelen, zoals o.a anti-biotica nodig zijn, is duidelijk.

De invloed van radio-activiteit op ons eco-systeem:

Bij dieren is aangetoond, dat voornamelijk zoogdieren met een actief / comlex weefsel-systeem, snel delende cellen en een uitgebreide stofwisseling gevoelig zijn voor straling.  Beenmerg, bloedcellen en organen worden bij straling als eerste aangetast. Ook het vermogen tot voortplanting  zal, net als bij de mens, volledig worden verstoord.

Bij vogels en insecten zullen de eitjes met hun dunne eierschaal weinig weerstand aan straling kunnen bieden. Daar ook hier waarschijnlijk de voortplantings-organen worden vernietigd,  zullen er in een verstraald gebied, weinig vogels en insecten overleven. 

Planten en bloemen, die voor de bestuiving en voortbestaan afhankelijk zijn van insecten en vogels zullen hier de dupe van worden.

Kan ons eco-systeem zich herstellen ??

Uit recente franse onderzoekingen in het gebied rondom Tjernobyl, waar in 1986 een kernramp heeft plaats gevonden is gebleken, dat de natuur zich min of meer heeft hersteld. Nu, 26 jaren na de ramp – in een omgeving met een sterk verhoogde radio-activiteit – leven er weer dieren, insecten en planten.  Beren, paarden, wilde zwijnen, elanden, herten, maar ook vogels en insecten heeft men er weer gezien.

Mensen wonen er niet meer !!

Welke gevolgen, radio-actieve straling op lange termijn op mens, dier en plant, in wezen op ons hele eco-systeem heeft,  kan en zal hebben is niet bekend.

Misschien dat de ramp in Fukushima-Japan ons in de toekomst meer over de gevolgen van radio-actieve straling kan leren.

In ieder geval zal de mens, snel een  oplossing moeten vinden voor al het radio-actief afval wat is geproduceerd en nog vrij komt.

 

 

 

Wikipedia-Radioaktiefer Abfall – Kernenergie – radio-activität
JPPNW – information -.stamcellen info

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in