Dit verhaal gaat over één van mijn vele avonturen in de tijd dat ik op Tenerife woonde. Het eiland der eeuwige lente, waar ik me voor het eerst van mijn leven helemaal thuis voelde. Als vrije kunstenares heb ik daar zes jaar doorgebracht. 

Een dag om nooit te vergeten

Een dag om nooit te vergeten: 21 januari 2008. Sinds bijna drie jaar woonde ik nu al op het eiland der eeuwige lente en had als vrije kunstenares al een paar avonturen achter de rug, maar wat er nu met me gebeurde. Van het éne op het andere moment was ik alles kwijt. Mijn werk, mijn woning, mijn vriend, mijn kunst, mijn materiaal en zelfs het grootste deel van mijn kleding. Als een zeepbel die uit elkaar springt, pats, alles weg. Daar stond ik dan. Ik vroeg me af wat het leven nu van me wilde. Het enige wat me te binnen schoot was, niets! Ik kon namelijk niets doen, want ik had niets meer. Ok, dacht ik. Dan gaan we nu eens niets doen. Kijken wat er dan gebeurd.

""

Slapen aan het strand.

Ik liep naar het strand, waar meerdere mensen sliepen, ook omdat ze niets hadden. Ik leende een deken en ging een plekje zoeken om te slapen. Wat bleef me anders over? Het was niet bepaald warm in januari en ik had alleen nog wat zomerkleren en een badhanddoek. Ik zocht in een container naar een grote kartonnen doos. Een vuilniszak had ik toevallig nog bij me, want ik recycle nu eenmaal graag. Beide had ik nodig ter isolatie tegen het koude zand waar ik op moest slapen. Het was iedere avond weer een heel ritueel.

Een heel ritueel

Eerst legde ik het karton neer, dan de vuilniszak er bovenop en vervolgens als onderlaken mijn badhanddoek. Daarna trok ik twee zomerbroeken over elkaar heen aan en een paar sokken die ik om mijn pijpen deed tegen eventuele spinnen of andere krabbeldieren. Dan trok ik twee t-shirts over elkaar heen aan, mijn oude zelf beschilderde herenhemd en mijn spijkerjack. Als ik al iets eetbaars bij me had, moest ik dat in een plastic tasje hoog ophangen aan de hangplanten boven me, om de ratten bij me weg te houden. Daarna wikkelde ik een sjaal om mijn hoofd en bedekte ook mijn gezicht ermee, want je weet nooit wat er in de nacht zo allemaal rond krabbelt aan het strand. Mijn handtas met mijn papieren hing ik om mijn nek. Zo kon niemand ze onbemerkt stelen als ik sliep. De tas met de rest van mijn kleding gebruikte ik als hoofdkussen. Dan rolde ik me in mijn deken om eindelijk te kunnen gaan slapen. Ik sliep op een plekje onder een uitstaande rots, dus droog, achter hele lange hangplanten, die als gordijnen naar beneden hingen. Ik moest wel de hele nacht in dezelfde houding op mijn rug blijven liggen, want Tenerife is een vulkanisch eiland, dus het zwarte zand lag tevens vol met grote en kleine stenen. Ik lag precies tussen twee grote stenen, die niet in beweging waren te krijgen. Maar ondanks al dat ongemak, genoot ik van het enorme gevoel van rust en vrijheid.

Een enorm gevoel van vrijheid

Zo zat ik de eerste avond in mijn eentje naar de oceaan te kijken en te luisteren naar het onregelmatige, maar o zo rustgevende ritme van de golven en besefte wat een enorm gevoel van vrijheid er door me heen ging. Ik had jaren lang alleen gewoond met mijn drie kinderen en ook al heel wat verhuizingen achter de rug met mijn drie koters, hond en papegaai. Het was iedere keer veel werk geweest dat allemaal te organiseren en ons hele huishouden van de éne woning naar de andere te brengen. En hier zat ik nu helemaal alleen, mijn kinders waren inmiddels groot en stonden op eigen benen. Mijn hele ballast was ik kwijt, zo voelde dat toen voor mij. Het gaf me een enorm bevrijdend gevoel en was ook heel symbolisch voor mijn leven. Ik had alles achter me gelaten wat ik niet meer nodig had. Een diep gevoel van dankbaarheid stroomde door me heen.

""

Vertrouwen in het leven

Doordat ik zoveel vertrouwen in mijn leven heb, krijgt de angst me niet te pakken in zulke situaties, want ik weet inmiddels dat niets eeuwig duurt, het altijd weer op de één of andere manier verder gaat en dat dit mijn levenslessen zijn. Ik ben namelijk opgegroeid met de woorden: ´Kinderen die vragen, worden overgeslagen.´ Deze situatie leerde me wel te vragen. Nu was ik vroeger ook wel in situaties geweest, waarin ik mijn medemensen om hulp moest vragen als alleenstaande moeder met drie kinderen, maar dat was iets heel anders. Deze keer werd ik er toe gedwongen voor mezelf te vragen. Er waren ook momenten dat ik honger had en geen geld om iets te eten te kopen. Dus moest ik vragen, moest ik me er overheen zetten, dat kindertjes die vragen worden over geslagen. Op zo´n dag, ben ik op een gegeven moment een pizzeria binnen gelopen en heb gewoon gevraagd. Lieve mensen, ik heb honger, maar geen geld. Hebben jullie misschien een broodje voor me? Wat wil je niña, een broodje? Natuurlijk, hier neem maar hoor. Zo zijn de mensen op het eiland. Vele leven zelf van de hand in de mond, van dag tot dag, dus ze weten hoe het is. Blij als een kind ging ik naar buiten, mijn verse broodje genietend. Ik dacht, zie je wel, gaat toch, je hoeft alleen maar te vragen. Ja mensen, het leven op aarde is één groot leerproces, als je het maar wilt zien en begrijpen. Zo had ik iedere dag wel iets te eten en zelfs een kopje koffie ontbrak vaak niet. Drinkwater kon ik gelukkig altijd gaan halen in de oude haven van Puerto de la Cruz. Ik had de oudere Canarios dat water zien drinken, dus wist ik dat het in orde moest zijn.

In de oude bakkerij

Na twee weken zo op het strand doorgebracht te hebben, had het leven een andere ervaring voor me. In het weekend zitten er vaak mensen op het strand te trommelen, of gitaar te spelen. Op zo´n avond liep ik Tito tegen het lijf. Tito is een Canario van midden veertig, een vent met een gouden hart, veel levenservaring en de nodige mensenkennis. Voor mij bleek hij een echte vriend te zijn. Hij zei: "Jij slaapt als vrouw alleen op het strand? Ben je nu helemaal gek geworden? Dat kan niet! Je kunt zo lang bij mij slapen tot je een andere oplossing vind." Zo gezegd, zo gedaan. Ik ging met Tito mee naar de leegstaande bakkerij bij het busstation. Het was geen luxe, zonder water en zonder stroom, maar dat had ik tenslotte op het strand ook niet. Maar in die oude bakkerij, had ik tenminste een heerlijk bed om in te slapen en het was er warm. Tito behandelde me met respect, stond zelfs de eerste nacht zijn bed aan me af en ging zelf op de grond liggen. Dat had nog nooit iemand voor me over gehad. Drie weken sliep ik in de oude bakkerij, voor mijn levensreis weer verder ging in richting zuiden van Tenerife.

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in