Spinoza had allerlei ideeën over de staat ten opzichte van godsdienst die in zijn tijd erg gevaarlijk waren. Hierom werd hij bekritiseerd door tijdgenoten, maar dit heeft ook tot gevolg gehad dat hij nu zo'n populair onderwerp is binnen de huidige Nederlandse politiek. Hier volgt een korte uiteenzetting over een deel van zijn politieke ideeën.
Spinoza’s politieke ideologie
Ten eerste verdedigde Spinoza de directe democratie. Hij zag het liefst een staat waar je de deelname van het volk direct kon zien. Volgens Spinoza was de enige vorm van moreel juist gedrag het accepteren van besluiten van de staat en je aanpassen aan andere omstandigheden die zorgen voor een stevige staat. Dat was daarmee ook het hoogst haalbare gedrag.
Volgens Spinoza zouden er voorschriften en principes moeten worden vastgesteld om een prettige, goedwerkende samenleving te creëren. De mens wordt geleid door twee krachten; verbeelding en het verstand. Het doel is om deze krachten in de burger te ontwikkelen zodat ze zullen begrijpen waarom ze moeten gehoorzamen aan de wetten van de staat.
Religie en staat
Spinoza praat over de Bijbel als ‘hulpmiddel’ voor de samenleving, zij is dus niet bedoeld om de mensen wijs te maken of les te geven in de filosofie. ‘De Bijbel is er om de burger gehoorzaamheid te brengen.’ [1]Spinoza verwerpt het geloof in een heleboel dingen, zoals antropomorfe religies, het geloof in wonderen (volgens hem is dat een vorm van onwetendheid) en ook Gods menswording in Christus gaat er bij Spinoza niet in. De staat heeft als taak om compromissen te sluiten tussen twistende religies. Bovendien mag de staat alleen gehoorzaamheid eisen aan een minimaal aantal plichten die voor meerdere religieuze groepen acceptabel zijn. De reden moet de basis zijn voor een staat met een systeem dat bestaat uit wetten en regels.
Spinoza geeft de voorkeur aan burgerlijke en godsdienstige vrijheid. Dat is de reden waarom Spinoza voorstander is van een democratie. Degene die de hoogste macht in een staat heeft, moet niet schromen om deze macht uit te oefenen. Deze macht is tevens niet overdraagbaar, omdat dat volgens Spinoza zou betekenen dat je zou ophouden met mens zijn. Dit is omdat de macht die je hebt, behoort tot de dingen die je bezit. Het afstaan van de macht waar je recht op hebt, zou hetzelfde zijn als het afstaan van je hart. Het behoort tot de essentie van je bestaan. Waar het bij Spinoza dus vooral om draait is dat hij godsdienstige tolerantie verdedigt en dat een goede staat vooral moet functioneren naar wetgeving die is opgesteld.
Politieke orde
De politieke orde is een middel om een stabiele en stevige staat te kunnen vormen. Vrijheid is van grote invloed daarop omdat vrijheid betekent dat je de politieke orde accepteert en steunt. Politieke orde en vrijheid zijn niet los van elkaar te zien omdat vrijheid nodig is om de politieke orde te behouden. Spinoza wilde een onafhankelijke staat. Dit is een van zijn belangrijkste aspecten binnen zijn politieke ideeën.
Kortom, Spinoza wilde een onafhankelijke staat, waarin godsdienstige tolerantie heerste, omdat godsdienst alleen tot zijn recht komt als deze niet wordt belemmerd door beperkingen van de staat. Daarnaast vond Spinoza dat er wetten en regels moesten worden opgesteld die als richtlijnen zouden gelden. Bij deze wetten en regels staat vooral de reden centraal. Het gebruik van de reden zou zorgen voor een stevige en stabiele staat. De macht waar je recht op hebt, mag je volgens Spinoza niet zomaar afstaan. Die macht is van jou, en je moet niet bang zijn om er wat mee te doen. Spinoza stelt ook dat vrijheid nodig is voor politieke orde. Vrijheid is dus van grote invloed om de politieke orde te steunen.
[1]Briefwisseling, 78