Zwitserduits lijkt op Duits maar verschilt er ook weer heel erg van. In dit artikel behandel ik de vraag of het nou een taal is of een dialect.

Zwitserduits


In Zwitserland wordt een taal gesproken, die best sterk verschilt van het Duits. En ook binnen Zwitserland wordt in elke gemeente anders gesproken, vooral in de bergdalen zijn de verschillen groot. Is dit verschil nu groot genoeg om Zwitserduits een taal te noemen? Je zou de relatie Zwitserduits-Duits prima kunnen vergelijken met Fries-Nederlands, en Fries is toch ook een taal.
Hieronder een paar verschillen tussen Zuid en Noord binnen het Duitse taalgebied, resultaat van de tweede klankverschuiving (ongeveer in de zevende en achtste  eeuw):

*-p- > -f-                               Nederduits (Noorden) schlafen > Hoogduits (Zuiden) schlafen

*p- > pf-                               ND Peper > HD Pfeffer

*-t- > -s-                               ND dat, eten > HD das, essen

*t- > ts-                                 ND Tiet > HD Zeit

*-k > -x (ch zoals in ach)   ND Beek > HD Bach

*k- > kx-                                ND Kind > HD Kchind

*b- > p-                                 ND berg > HD Perg

*d- > t-                                  ND Dag > HD Tag

*g > k                                    ND Gott > HD Kott

 

Deze verschillen zijn nog niet zó vreselijk. Maar hieronder nog wat punten waarop het Zwitserduits van Duits verschilt.

Zwitserduits heeft heel veel Helvetismen, dus eigen woorden die in  het Duits niet voorkomen. Hieronder een paar van deze Helvetismen:

Velo               –     Fahrrad (fiets)                                 Speditiv           –    schnell (snel)

Parkieren     –     Parken (parkeren)                          Garage            –    Werkstatt (werkplaats)

Grillieren      –     Grillen (grillen)                                Billet                 –    Fahrschein (vervoerbewijs)

Brüele          –      schreien (schreeuwen)                Öppe                –     ungefähr (ongeveer)

Verder heeft het Zwitserduits de "vroeghoogduitse klankverschuiving" niet meegemaakt, die zich wel in Duitsland voltrok. Hierdoor zijn volgende verschillen ontstaan: Men zegt in Zwitserland Huus i.p.v. Haus, Züüg i.p.v. Zeug en wiit i.p.v. weit. De lange a wordt vaak ongeveer als òò uitgeproken, en de meeste klanken met een e worden allemaal als èè (schrijfwijze meestal ä) uitgesproken. Verder kan e ook als ö uitgesproken worden, en i en ei als üi of öi. Ten slotte vallen de meeste -n's aan het eind weg, en wordt de uitgang -ung als -ig uitgesproken.

Deze ruimte is te klein om alle verschillen te laten zien, maar de belangrijkste heb ik nu genoemd.

Het probleem

Al met al maakt dit het Zwitserduits tot een heel ander taaltje dan het Hoogduits. Er is echter één probleem. Een paar eeuwen terug was het Zwitserse dialect in verschillende plaatsen vastgelegd als officiële taal, maar dit is helemaal verdwenen. Dus we hebben een grote verzameling dialecten in heel Duitstalig Zwitserland, maar hoe gaan we die dialecten nu samenvoegen en in één beschrijving plaatsen, zodat we weten wat nu de taal Zwitserduits is? Het Züridütsch zal niet accepteren dat het Baseldütsch als standaard wordt genomen, en andersom. Het Walliserdütsch zal zijn eigen standaardtaal, als die uit het Berndütsch voortkomt, nauwelijks verstaan, enzovoort. Het is gewoon nodig om ergens officieel vastgelegd te zijn, van een land een officiële taal te zijn. Leuk weetje: Als Nederland bij Duitsland zou horen en Beieren een eigen land was, was Nederlands een Duits dialect en Beiers een taal. Het ligt aan de landsgrenzen, maar nu is Zwitserland te laat om nog een officiële beschrijving en vastlegging in de grondwet te maken. Het zóu nog wel kunnen, maar dat kost heel wat inspanning.

Het Zwitserduits verschilt dus voldoende van het Duits om een taal genoemd te worden. Maar als de situatie zo blijft als die is, zullen we het maar op een dialect houden.


LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in