Judo is een zelfverdedigingsvorm en vechtsport afkomstig uit Japan. Je leert bij Judo vallen en werpen. In tegenstelling tot veel andere vechtsporten mogen er bij judo geen stoten of trappen uitgedeeld worden.
Wat is Judo?
Judo is een Japanse zelfverdedigingsport. Het komt uit de Japanse traditionele martial art Jiu Jitsu. Door middel van duwen, trekken en werpen probeer je controle te krijgen over je tegenstander. Oorspronkelijk draait Judo niet alleen om het onschadelijk maken van je tegenstander, maar is het ook een filosofie. Het gaat om je geestelijke balans en controle over jezelf. Tegenwoordig is Judo een populaire sport geworden. Er zijn een veel Judo scholen, en het is zelf een Olympische sport.
Betekenis Judo
Judo betekent ''de zachte weg''. Dat houdt in dat de technieken die uitgevoerd worden zacht zijn. Er wordt in het Judo veel tijd besteed aan valbreken. Als een Judoka een worp doet zal de ander zijn val breken, je kunt ook zelf bepalen hoe hard jij je tegenstander werpt. Je zou iemand dus ook zou hard je kunt op zijn rug werpen en vervolgens meevallen, dit wordt over het algemeen vrij weinig gedaan waardoor het toch als zachte verdedigingssport kan worden beschouwd.
Jigoro Kano
Jigoro Kano is de grondlegger van Judo. Kano had eerst een lange tijd Jiu Jitsu gedaan. Hij vond de sport te hard. In het Jiu Jitsu gaat het alleen om zelfbescherming en je tegenstander zo snel mogelijk uitschakelen. Kano vond dat uitschakelen niet nodig was om jezelf te verdedigen. Volgens Kano was het belangrijker dat jij jezelf en je tegenstander onder controle hebt. Hij bedacht een nieuw zelfverdedigingssysteem. Hij haalde de klemmen, worpen, verwurgingen en valbreken uit het Jiu Jitsu. Een nieuwe zelfverdedingssport was geboren. Alleen de zachte en effectiefste technieken van Jiu Jitsu zaten in Judo. Hierdoor is bijvoorbeeld ook voor kleine kinderen goed te beoefenen.
Judotraining
De training begint altijd met een groet naar de leraar. Daarna is er een warming up, om blessures te voorkomen. Tijdens de warming up moeten de Judoka's ook hun spieren trainen door middel van opdrukken en sit ups. Daarna moeten de Judoka's judorollen maken en valbreken. Dit is heel belangrijk, want als je dat niet goed kan loop je enkele blessures op. Na de warming up en valbreken wordt er geoefend met de worpen, samen met je partner. Steeds om en om werpen. Op het laatst word er randori gedaan. Dat is sparren met elkaar, het is een goede training om je geleerde technieken toe te passen in een gevecht. De training eindigt met een groet naar de leraar.
Kata
Een kata is een reeks technieken die je moet kennen, en word in vele vechtsporten gebruikt. Als je een bepaalde kata beheerst weet je wat je niveau is in Judo. Je oefent de kata's, en tijdens een examen laat je het zien. Als de examinator je kata goed vindt kan je een niveau omhoog, dit gaat door middel van banden maar daar vertel ik je in het volgende kopje meer over.
Judobanden
Om aan te geven hoe hoog iemand is in het Judo worden er banden gebruikt. De banden gaan als volgt: Wit-geel-oranje-groen-blauw-bruin-zwart. Wanneer je de zwarte band hebt kan je ook een opleiding doen tot Judo instructeur. Dit systeem is door Jigoro zelf ingesteld. Sinds dien gebruiken andere vechtsporten ook het kleurensysteem denk maar aan Karate, Jiu Jitsu en Taekwondo.
http://nl.wikipedia.org/wiki/Judo#Opsomming_van_judotechnieken
http://www.spreekbeurte